← Terug


De ‘Witte Bioscope’ vecht tegen de bierkaai

Om mijn verhaal van de vorige keer af te maken: ‘Ondanks die filmkeuring zaten wij dus met twee busladingen Korvelse kinderen in een Bossche bioscoop.’ Het aloude zetduiveltje had de laatste woorden kwijtgemaakt.

Ook in onze eigen buurt kon je naar de film. In de Poirtersstraat, op nummer 2, achter de kerk aan de Ringbaan-West, zat het Rex Theater. Als kleine jongen heb ik daar ‘The Robe’ gezien, een Amerikaans CinemaScope spektakel uit 1953 over de mantel van Jezus van Nazareth. De film was goedgekeurd voor alle leeftijden. De Nederlandse distributeur had daarvoor 18½ meter (40½ seconde) uit de film geknipt.

Waar maakte de filmkeuring zich toen druk over?

Er werd geknipt uit een scene waarin de Griek Demetrius wordt gemarteld in een Romeinse gevangenis. Dat is vandaag nog steeds te begrijpen. In de film valt Jezus drie keer onder het houten kruis dat hij naar zijn executieplaats moet dragen. Dat komt voort uit de katholieke overlevering. In katholieke kerkgebouwen wordt dit uitgebeeld in de ‘staties’ van de traditionele ‘kruisweg’. Maar dat vallen onder het kruis komt helemaal niet voor in de bijbelboeken. Bijbelvaste protestanten hadden daar moeite mee. Als tussenweg zijn twee van de drie vallen uit de film geknipt. Dat er op de slavenmarkt in Rome vrouwen worden verkocht als lustobject was dan wél weer oké voor de filmkeuring.

Afbeelding 1

Voor het volgende filmtheater in onze buurt moeten we verder terug in de tijd. In de Capucijnenstraat, waar mijn moeder werd geboren, opende in 1913 de Witte Bioscope. Ik heb de verhalen nog gehoord van mijn grootouders. Over de kapelaan die een alternatief wilde bieden voor de ‘slechte’ films in de gewone bioscopen. Ik heb lang gedacht dat het wel zou meevallen met die slechtheid. Het was immers een overdreven vrome tijd. Maar daar denk ik nu anders over.

De filmseries van de Franse regisseur Louis Feuillade waren destijds razend populair. Van twee afleveringen van zulke vervolgverhalen zie je hier de aanplakbiljetten.

Afbeelding 2

Fantômas is een meesterbandiet die bewondering wekt door zijn intelligente manier van werken. Maar hij is een genadeloze rover en moordenaar. In ‘Le Mort qui tue’ (De moordende dode) uit 1913 weet Fantômas straffeloos zijn misdaden te begaan door een man te vermoorden, de huid van de handen van het lijk te stropen, en deze te dragen als handschoenen, zodat hij niet zijn eigen vingerafdrukken achterlaat.

Afbeelding 3

Les Vampires heeft niets met Graaf Dracula te maken, maar is de naam van een misdaadorganisatie. In ‘Les Yeux qui fascinent’ (De hypnotiserende ogen) uit 1915 wordt een vrouwelijk lid van deze bende, Irma Vep, door een concurrerende misdadiger onder hypnose gebracht, waarna ze het bendehoofd vermoordt, zodat de concurrent zijn plaats kan innemen. De naam Irma Vep bestaat natuurlijk uit de letters van het woord ‘vampier’.

Het motto van de filmmakers was: ‘Non pas vers le Mal… Vers le Pire!’. Oftewel: ‘Niet naar het kwaad… Naar het ergste!’. De ongepolijste hardheid van deze antieke films raakt je nog steeds.

Maar het ging toen natuurlijk net als een eeuw later met gewelddadige computerspellen. De jeugd zal Grand Theft Auto heus niet inruilen voor Candy Crush.

Peter van Iersel
20 maart 2023


← Terug