De witte fabrikantenwoning annex kantoor, rechts, op de hoek van de Oerlesestraat, staat er nog. Van het hek op de voorgrond is ook een deel bewaard gebleven. De fabriek maakte plaats voor woningen.
Dit is een oud plaatje, maar veel Korvelse mensen zullen het beeld nog kennen. De tekenaar heeft het allemaal een beetje mooier gemaakt. Paarden en wagens zijn kleiner weergegeven, zodat de gebouwen groter lijken. Die perken en struiken achter op de binnenplaats waren in werkelijkheid hopen steenkool. De steenkool werd daar in karretjes geschept die over ijzeren rails naar het ketelhuis werden geduwd, links vooraan onder de schoorsteen. Daar stond ook de stoommachine die, via lange drijfassen en leren drijfriemen, de machines in het daarachter gelegen fabrieksgebouw liet draaien. Later gingen die machines elektrisch en werd de stoommachine overbodig. De ketels bleven, want bij het maken van wollen stoffen is nog steeds stoom en heet water nodig. Uiteindelijk werden de ketels verwarmd met stookolie, uit een ondergrondse tank. Waar eens de steenkool lag kwamen fietsenhokken te staan. De ijzeren rails bleef achter, als stille herinnering.
Op de bovenste verdieping van het fabrieksgebouw werkten de nopsters en stopsters. Daar werden met pincet, schaar en naald alle fouten hersteld die na het spinnen en weven in de stof waren achtergebleven. Dat was heel precies werk waarbij goed licht nodig was, vandaar het glazen dak. ’s Zomers werd witkalk op het glas gesmeerd, om de zonnewarmte te temperen. In de herfst regende dat er vanzelf weer af.
Helemaal achteraan ontbreken op dit plaatje nog de weverij en spinnerij die daar rond 1920 zouden worden gebouwd. Op de voorgrond, links naast de inrijpoort, kwam later een portiersloge. De portier liet mij, als klein jongetje, staande op een stoel, weleens op de knop van de sirene drukken als het einde werktijd was. Honderden mensen stroomden dan de fabriekspoort uit.
Bij Van Dooren & Dams werd graag en vaak herinnerd aan de historie van het bedrijf. Op alle briefpapier stond trots het oprichtingsjaar: “Established 1783”. Ze zaten sinds 1871 aan het Korvelplein. Daarvóór was het bedrijf gevestigd aan de Bisschop Zwijsenstraat, die toen Nieuwen Dijk heette. Ze hadden nog geleverd aan Napoleon en zijn altijd uniformstof blijven maken. In moeilijke tijden nam het bedrijf zijn toevlucht tot massaproductie met goedkope grondstoffen. Dat bezorgde ze in Tilburg de bijnaam “Frutjes”. Maar er werden ook exclusieve ontwerpen gemaakt voor beroemde modehuizen. Door de kleine series was dat soms niet lonend. Er werd gegrapt dat, als je een lapje stof nodig had voor een pet en een stropdas, je dat bij Van Dooren & Dams speciaal kon laten maken.
Mensen gingen minder wol dragen. Er kwam concurrentie uit Italië en Turkije. De Tilburgse wolindustrie kreeg het zwaar. In de zomer van 1972 had ik toevallig net een vakantiebaantje bij Van Dooren & Dams toen alle personeel naar de kantine werd geroepen. De directeur, de heer Van Kampen, maakte daar bekend dat het bedrijf zou gaan sluiten. Iedereen wist dat dit een keer kon gebeuren, maar het kwam onverwacht snel. Een tijdperk van 189 jaar eindigde abrupt, terwijl ik er met mijn neus bovenop stond.
Peter van Iersel
2 juni 2020